Transporten voor het gerecht van De Haar 1678-1761
R.A Utrecht, dorpsgerecht De Haar/Haarzuilens (R 49), inv.nr 710
Transcriptie van Mark Glissenaar
17.07.1688. (volgens koopconditie van 03.09.1687)
Een hofstede met een klijne aparte woninge en vorder bepotinge beplantinge, groot 8
margen, soo weij- als hoijland, en dan nog sekere 4 margen, soo weij- als hoijland,
gelegen onder De Haar.
Verkoper: Heer en Mr Anthonij van Mansvelt, oud-raad ordins in den Edele Hove van Utrecht.
Koper: Heer Johan Bulaus.
Folio: 2.
03.02.1703. (Koop op 05.01.1703)
Seekere huijsinge en ......., sijnde erfpacht.
Verkoper: Thonis van Overschie.
Koper: Jacob Hendricksz Billegers
Folio: 3.
26.07.1706.
Seekere huijsinge ende tapstede, van outs genaemt de Bijkorff, met sijn erff en
schuertjen, staende ende gelegen onder desen gerechte streckende voor van de Dijk af, tot
achter 't lant van de Vrouw van Haar toe, daar oostwaarts naest gehuijst is Harman Smit,
met een gemeene muer, ende westwaerts naest gelant den Hoog Ed. Heere van Obdam te
Slootten mette voet.
Verkopers: Cornelis Woutersz en Maria Eversdr van der Sluijs, eerder weduwe en
boedelhardster van Sijmen Willemsz de Lucht, echtelieden.
Koper: Johannes van der Laack, oud-schout van Vleuten, nu wonende in Utrecht.
Schout: Cornelis Liesvelt.
Schepenen: Gijsbert Jansz Veen, Sijmen Cornelisz de Jongh.
Folio: 4.
26.07.1706.
Omschrijving zie folio 4.
Verkoper: Johannes van der Laack, oud-schout van Vleuten, nu wonende in Utrecht.
Koper: Arien Harmsz Pak en zijn erven.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Gijsbert Jansz Veen, Sijmon Cornelisz de Jong.
Folio: 5.
26.07.1706. (Koopconditie's van 30.11.1694)
Seeckere huijsinge en schuertje met het erff off boogaertje, bepotinge ende beplantinge,
end dat aard ende nagel vast is, staende onder dese gerechte, sijnde vrij eijgen goed
onbelast, streckende voor van de Dijk aff, tot achter aan 't henniplant van Vrouwe van
Haar, daar oostwaarts Domine Hattem met sijn huijsinge ende erve, ende westwaarts de
comparante met haar andere huijs naast gelant gehuijst ende gelegen sijn, met belastinge
vant onderhouden de schuttinge off de heijninge tussen Harmen Smit voornoemd en het erff
van de comparante, 't welke ten eeuwigen dage moet worden onderhouden als andere
stipulatie ende conditien bij coopcedulle van den lesten november 1694 tusschen de gemelte
Maria Evers ende Harmen Smit voornoemt opgeregt.
Verkopers: Cornelis Woutersz en Maria Eversdr Versluijs, eerder weduwe en boedelhardster
van Sijmen Willemsz de Lucht, echtelieden.
Kopers: Harman Thonisz van Overschie en zijn huisvrouw.
Schout: Cornelis van Liesvelt.
Schepenen: Gijsbert Jansz Veen, Sijmen Cornelisz de Jongh.
Folio: 6.
08.01.1707.
Omschrijving: Het huis en erf met al het te gelde daarop, en aard-, grond- en nagelvast
zit, in het gerecht De Haar.
Samuel Stelt, smid van De Haar, en Engeltje Willemsdr van Schaick echtelieden, zullen
verstigen(?) ten behoeve van de twee onmondige kinderen van Peter Fransz van den Deijnstel
en Maria Jansdr van Hees, genaamd Jan Pitersz en Weintje Pitersdr.
Folio: 8.
23.04.1710. (Koop op 11.02.1708)
Sekere huijs en boomgaertje, mede in desen gerechte gelegen, daar aan de eene zijde 't
huijsje ende erff dat den Docter Gijsbertus van Hattem in erffpagt gebruijckt, ende aan de
andere sijde de Vrouwe van De Haar naest gelegen sijn, sijnde de voorschreve boomgaertje
en gront erfpachtgoed, renuncierende (= afstand doen van) de comparante.
Verkoper: Dirckje Joostendr Verlaan, weduwe van Gijsbert Tonisz van Diepe.
Koper: Adriaen van Meteren, wonende in het gerecht van De Haar.
Schout: Pieter Cornelisz van Liesvelt.
Schepenen: Jan Tonisz de Hit, Gerbert Fransz.
Folio: 9.
03.10.1713.
De huise en hoffstede, met een kleine aparte woninge, en vordere bepotinge en beplantinge
daar op staende, groot 8 mergen soo weijals hoijland, dogh soo groot en klein 't selve in
de Lage Haar, onder gerecht De Haar, omtrent de Haarsse Koornmolen gelegen is, streckende
met ene kamp van over den Haar en Dijk noordwaarts op, tot aan den Laeghnieuwkoper Dijk
toe, waar oostwaarts den voornoemde Here Bulaus, en westwaarts de armmeesters van Teckop
naast geland en gelegen sijn.
Verkopers: Johan Bulaus en Maria Hovien, echtelieden, op het huis Ter Meij.
Koper: Teunis Willemsz van Eik
Schout: Cornelis van Liesvelt.
Schepenen: Sijmen Cornelisz de Jongh, Reijer Barentsz.
Folio: 12.
17.11.1714.
Seekere 8 mergen, soo weij-, hooij- als bouwland, in De Haar, je- genwoordigh in hure
gebruikt wordende bij Gerberd Fransz, daar oostwaarts gemelten Johan Tilburg met anderen 8
mergen, leen aan de huise De Haar, en westwaarts Teunis Willemsz van Eik, ook met 8 mergen
naast geland, strekkende van de Leeghnieuwkoperdijk zuidwaards op, tot aan het land van de
Heer Cornelis van Velpen.
Verkopers: Mr. Willem van den Brink, als speciale gemachtigde van de Heer Johan Bulaus en
Maria Hovien, echtelieden.
Koper: Mr. Johan Tilburg.
Schout: Cornelis van Liesvelt.
Schepenen: Sijmon Cornelisz de Jongh, Joost Hendricksz van Schaik.
Folio: 13.
28.01.1721.
Sekere huijsinge, erve en grond, in De Haar, sijnde erfpachtgoed van den huijsse van De
Haar, daar zuijdwaarts, westwaarts en oostwaarts de Vrouwe van De Haar, en noordwaarts
Aart Willemsz van Schaijk naast gehuijst, geland en gelegen zijn ..... en specialijk op
den last van een erfpacht van drie gulden de Vrouwe van De Haar jarelijx daar uijt
competerende.
Verkopers: Herman Thonisz van Overschie, meester-smit, wonende tot Vleuten, tevorens
weduwnaar van Mergrietje Cornelisdr van Grijpesteijn, voor hem selven, mitsgaders als
vader en legitieme voogd over Dirk Harmansz van Overschie, en Antonij de Bekker, als in
huwelijk hebbende Stijtje Hermensdr van Overschie, naargelaten kinderen en erffgenamen van
de gemelte Mergrietje Cornelisdr van Grijpesteijn. (ook belanghebbende: Alsmede Maria
Hermensdr van Overschie, als 't regt bij scheijdinge van dat den 05.12.1718 bekomen
hebbende......).
Koper: Jacob Hendricksz Billeges, kleermaker, wonende aan De Haar.
Schout: Cornelis van Liesvelt.
Schepenen: Gijsbert Jansz Veen, Jan Teunisz de Hit.
Folio: 14.
08.02.1721.
Elf koeij beesten, alsse een bloed rode koeij, drie swarte griemelde koeijen, drie rode
blaarde koeijen, twee rode griemelde koejen, een pik swarte koeij en een swarte koeij met
een hart voor sijn kop; 6 pinken, alsse een beijs, een wit, twee blaarde, een rood
grimmelde en een swarte stier; 4 paarden, alsse een swart veul merrij van 9 a 10 jaren,
een swarte kolde guijste merrij van 10 jaren, een swart kolde merrij van 4 jaren, met een
kleijn snuijtje op sijn neus, en een swart kolde ruijn van 3 jaren; 1 eenwinter eenharig;
3 wagens met een spantouw; 1 ploeg met de touwen; 3 eggen met ijsere tanden; 1 rode kopere
ketel; 2 gele kopere ketels; 1 gele kopere wring aker; 1 kopere pot met poten; 1 metale
pot met poten; 2 kopere schotels of bekken; 5 room starren; 1 drank kuijp; 8 melk emmers;
2 water emmers; 3 melkjukken; 9 kaas vaten; 2 wannen; 4 zeeven; 1 hennipbraak; 3 vorken; 3
grepen; 2 koren schoppen, met een beslagen schop; 1 praam; omtrent 20 voeder hoij in den
berg; omtrent 25 vun garst in den berg; 7 vun tarwe in huijs op den balk; omtrent 4 voeder
paarden hoij; 2 eijke kassen; 3 taaffellakens; 6 sevetten; 6 slaaplakens; 12 slo- pen; 1
web linden van 40 ellen; 4 bedden met peuluwen, 8 hoofdkussens; 8 dekens; 8 tinne
schotels; 2 tinne borden; 1 tinne kan; 1 tinne kroes; 1 tinne boterdoos; 2 dousijn tinne
lepels; 12 stoelen; 2 dousijn aarde schotels; 3 dousijn borden; 1 varkens bak: enig
brandhout en turf in de schuur: en dan nog een hand ijsslede en dat voor en in voldoening
van vier jaren pagtpenningen van se- kere hofstede met 20 mergen so weij- als bouwland,
gelegen onder den geregte van De Haar, mitsgaders 6 mergen bouwland, gelegen onder den
geregte van Vleuten, over de jaren 1717, 1718, 1719 en 1720 verschuldigd sijnde, jarelijx
de somme van 240 gulden, makende over de voorschreven vier jaren een somme van 960 gulden,
mits dat den gemelden Heer Hendrik Straatman in sijn voorschreven qualite betalen sal het
restant van reele en personele Ongelden bij den comparant over de jaren 1719 en 1720 mede
onder den geregte van De Haar verschuldigd, te samen monterende een somme van 450 gulden,
alsmede nog het molengeld van 17 mergen land van voorschreve hofstede, gelegen onder den
geregte van De Haar over de jaren 1719 en 1720, bedragende ontrent 34 gulden .......
Verkoper: Simon Cornelisz de Jongh, wonende onder De Haar.
Koper: De Heer Hendrik Straatman, secretaris der vrije heerlijkheijd van Rijnsburg, in
qualite als rentmeester van den Hoog Ed. Here Jan Hendrik Grave van Wassenaar here van
Obdam etc.
Schout: Cornelis van Liesvelt.
Schepenen: Gijsbert Jansz Veen, Reijer Barentsz (oud-schepen, als vervanger van Jan
Teunisz de Hit)
Folio: 15.
30.10.1721. (Koop op 24.06.1721)
Sekere huijsinge en tapstede, van outs genaamt de Bijkorff, met sijn erv, en 't gene
daaraan aard en nagelvast is, staande ende gelegen onder De Haar, strekkende voor van de
gemene weg tot agter aan 't land van de Vrouwe van De Haar toe, daar oostwaarts Harmen van
Overschie met sijn huijsinge en gemene muur, en westwaarts den Here van Obdam naast
gehuijsd en geland zijn.
Verkoper: Aart Pack, outsten naargelaten soon en enige universele erffgenaam van Arien
Harmansz Pak, vemits de vordere naargelaten kinderen van deselven Arien Harmensz Pak den
boedel van haren overleden vader hebben geabandonneerde en gerepudineerd.
Koper: Cornelis Huijgensz van Harmelen.
Schout: Cornelis van Liesvelt.
Schepenen: Gerbert Fransz, Arie Hendricksz Mansveld.
Folio: 16.
30.10.1721.
Omschrijving zie folio 16.
Verkoper: Cornelis Huijgensz van Harmelen.
Koper: Jan Jacobsz Kock.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Gerbert Fransz, Arie Hendricksz Mansveld.
Folio: 17.
26.05.1723.
Seekere 4 mergen, gelegen onder De Haar, sijnde 2 mergen boomgaard en 2 mergen weijland,
daer noordwaerts Gijsbert Jansz van Veen, westwaerts den ad. van Velpen, ten oosten de
Haersteegh off laen, en ten zuijden den Wagendijk, naast belend sijn ......
uijtkoopspenningen van Antoni Gijsbertsz van Veen, en Willem Gijsbertsz van Veen getrouwt
met Claesje Gijsbertsdr van Veen, voor haar vaderlijk goed, bij uijtkoop belooft.
Verkopers: Jan Gijsbertsz van Veen en Marrichje Cornelisdr den Bruijnen, tevoren weduwe
van Gijsbert Thonisz van Veen, echtelieden.
Koper: Martinus Schijff.
Schout: Cornelis van Liesvelt.
Schepenen: Gijsbert Jansz van Veen, Gerbert Fransz van Dijstel.
Folio: 18.
08.01.1724. (Koopcedulle van 03.12.1723)
Acht mergen soo weij-, hoij-, als henniplandt, gelegen in De Haar strekkende van de
Laeghnieukoperdijck suitwaerts op, tot over de Haerdijck ten halve weteringe toe, daer
oostwaerts Arien Cornelisz Hollander, ende westwaerts de naesaeten van de Heer van
Westmal.
Verkopers: Joffr. Ursula Theodora en Theresia van Baarn.
Koper: De Heer Petrus Josephus Francois.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Sijmon Cornelisz de Jongh, Jacobus Jansz de Hit.
Folio: 19.
24.05.1725.
Comparants getimmer, staende op een stukje landts off uijterdijckje van een roede breet,
strekkende langs seekere 9 mergen lants, gelegen onder dese geregte, alsmede het regt van
huer 't welk den comparant aent voornoemde hoekje gront heeft gehad tot den 01.05.1734.
Verkoper: Dirk Dirksz Schuijn en sijn huijsvrou, daar hij geboorte in leven bij heeft.
Koper: De Heer Steven uijt den Bogaerdt, wonende binnen Utregt.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Sijmen Cornelisz de Jongh, Gerbert Fransz van den Dijstel.
Folio: 20.
11.12.1728.
Peter van Duren, wonende aan De Haar, verklaarde een rood griemelde koebeest van sijn
darde kalf, een beijse koebeest van sijn darde kalf, aan Jannigje van Impelen int voeder
en de melk heeft gedaan voor den tijd van een jaar.
Folio: 21.
25.09.1730. (Koopcedulle van 03.07.1728)
Zeekere huijsinge en schuurtje, met het erff off boomgaardje, bepotinge en beplantinge, en
dat met al 't gene daarinne aart en nagelvast is, staande ende gelegen onder dezen
geregte, zijnde vrij allodiaal goed, streckende voor van den Dijk, tot agter aan 't
hennipland van de Vrouwe van De Haar, daar oostwaarts Hr. Jacobus van Hattum, en
westwaarts Jan Jacobsz Cok naast gehuijst en geerft zijn. En dat op stipulatie en
conditien als bij coopcedulle van den laatsten december 1694 tussen Maria Eversdr en
Herman Smit opgeregt.
Verkopers: Anthonij de Becker, voor hem selve en als man en voogd van zijn huijsvrouw,
daar hij ter dezer tijd levende geboorte bij heeft.
Koper: Jan van Stokkum.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Sijmen Cornelisz de Jongh, Jacob Willemsz van Everdingen.
Folio: 22.
25.09.1730. (Koopcedulle van 17.12.1729)
Omschrijving zie folio 22.
Verkoper: Jan van Stokkum.
Koper: De Heer Justus van Maurik, coopman in ijzer binnen Utregt.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Sijmen Cornelisz de Jongh, Jacob Willemsz van Everdingen.
Folio: 23.
11.04.1732. (Koopcedulle van 27.12.1730)
Omschrijving zie folio 22.
Verkoper: Heer Justus van Maurik.
Koper: Matthijs van Schalkwijk.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Gijsbert Jansz Veen, Sijmen Cornelisz de Jongh.
Folio: 24.
11.04.1732. (Koopcedulle van 21.01.1731)
Omschrijving zie folio 22.
Verkoper: Matthijs van Schalkwijk.
Koper: Jan Willemsz de Cruijff.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Gijsbert Jansz Veen, Sijmen Cornelisz de Jongh.
Folio: 25.
18.06.1732. (Koopcedulle van 07.06.1732)
Een huijsinge, bergh, schuur en erve, sijnde een tapstede, staende aen De Haar, daar de
Bijkorve uijthangt, daar oostwaarts Jan de Cruijf met de gemeene muur en gemeene pomp,
westwaarts den Heer van Opdam naest gehuijst en geland sijn, streckende voor van de
gemeene wegh, tot aan het landt van den Heer van De Haar.
Verkoper: Jan Jacobsz Cocq, wonende onder den geregte van Vleuten, weduwnaar en
boedelhouder van Claesjen Lauwerensdr van der Tol, ende als vader en voogd over sijne
vijff minderjarige kinderen bij sijn gemelde huijsvrouw verwekt.
Koper: Jonkheer Carel de Stembor.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Sijmen Cornelisz de Jongh, Jacob Willemsz van Everdingen.
Folio: 26.
17.02.1735.
Seekere 8 mergen, soo weij-, hoij- als henniplanden, gelegen onder desen geregte, daar
oostwaarts Arij Cornelisz Hollander, en westwaarts de nasaten van de Heer Westmal,
streckende van de Laag Nieucoperdijk zuijdwaarts op, tot over de Haardijk ter halver
weteringe toe.
Verkoper: Albertus van Broek, als speciale gemachtigde van de Heeren Johan Francois en
Willem van Brienen, volgens coopconditien van 05.02.1735 voor den notaris Everard Vlaar en
getuijgen binnen Utregt gepasseert.
Koper: De Heer Adrianus van Duijnkerken.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Jacobus de Hit, Pieter van Duuren.
Folio: 27.
25.09.1737. (Koopcedulle van 17.08.1737)
Zeekere 4 morgen land, gelegen onder desen geregte, zijnde 2 morgen boomgaard en 2 morgen
weijland, daar noordwaarts Geijsbert Jansz Veen, westwaarts Juffr. van Vulpen, ten oosten
de Haarlaan, en ten suijden de Wagendijk.
Verkoper: Jan Schijff, voor zijn zelven en als speciale gemachtigde van Cornelis Schijff,
als man en voogd over sijn huijsvrouw, bij wien hij levende geboorte heeft, alsmede van
Johanna Schijff en Cornelia Schijff, meerderjarige dogters, item van Maria Schijff, weduwe
van Hendrik van Tiel, en Jacoba Schijff, meerderjarige dogter, en dan nog van Leendert
Versie, als in huwelijk hebbende Antonia van Tiel, bij wien hij levende geboorte heeft, en
eijndelijk van de voornoemde Maria Schijff, als moeder en voogdesse over Elisabeth en
Catharina Theresia van Tiel, vermogensprocuratie van 12.09.1737 voor den notaris Weijer
Jan van Overmeer, tesamen nagelate kinderen, kinds kinderen en erfgenamen van Maarten
Schijff en Engeltie Knippie, in leven egtelieden.
Koper: De Heer Pieter van Wieringen, woonagtig binnen Utregt.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Piter van Duren, Arien Coppe.
Folio: 28.
19.08.1739. (Koopcedulle van 31.07.1739)
Sekere huijsinge, erve en boomgaardje, staande ende gelegen onder dese geregte, strekkende
voor van den Dorpe De Haar noordwaards aan tegen het erff nu competerende Matthijs
Hoveling, daar ten oosten een acker bouw- of moesland van gemelde Here van De Haar, en ten
westen het kerkhof van den kerke van De Haar naast geland en gelegen sijn, sijnde belast
met een overweg van het erf van gemelde Mathijs Hoveling, en van nog 8 mergen land
competerende den Here van Opdam daar agter gelegen.
Verkoper: Dirk Kemme, gerechtsbode van De Haar, als speciale gemachtigde van de Heer
Johannes Paulus Beem, enige nagelate soon en universele erfgenaam van wijlen de Heer Johan
Christiaan van Beem en Vrouwe Sophia van Alkemade, in leven egtelieden,
vermogensprocuratie op 27.05.1739 voor notaris Gerard van Oostrum en getuigen tot Heusden
gepasseerd.
Koper: De Heer Carel de Stembor, Here van De Haar.
Schout: Cornelis van Liesveld.
Schepenen: Jacobus de Hit, Arien Coppe.
Folio: 29.
28.05.1742.
Een huijsinge en erve, staande ende gelegen onder dese geregte, daar aan de ene zijde de
Heer Jan Jacob Ram, en aan de andere zijde Willem de Cruijf naast gehuijst en geerft zijn.
Verkoper: Willem van Amerongen, bode van Vleuten, als speciale gemachtigde van Anna van
Velstere, weduwe van Jacobus van Hattum, vermogensprocuratie geinseneerd in de
coopconditie van 24.06.1741 voor notaris Dirk Oskamp en getuigen binnen Utregt gepasseerd.
Koper: De weduwe van Jan Lankhaar.
Schout: Willem van Vianen.
Schepenen: Cornelis Sijmonsz de Jongh, Arien Cop.
Folio: 30
20.05.1744. (Koopcedulle van 18.01.1744)
Zeekere huijsinge en schuurtje met het erf of boomgaardje, bepo- tinge en beplantinge,
staande ende gelegen onder deze geregte, zijnde vrij allodiaal goed, strekkende voor van
de Dijk, tot agter aan 't hennipland van de Heer van De Haar, daar oostwaarts Goijert
Jacobsz Noordijk, en westwaarts de Heer van De Haar naast gehuijst geland en gelegen sijn.
Op conditien van coopcedulle van den laatsten december 1694 tusschen Maria Eversdr en
Herman Smit opgeregt.
Verkoper: Jan Willemsz de Cruijf en Neeltje Christiaansdr Verhaar, egtelieden.
Koper: Willem Hengstum, smit aan De Haar.
Schepenen: Cornelis Sijmonsz de Jongh, Jacobus de Hit, Willem van Everdingen.
Folio: 31.
18.01.1745.
Seekere huijsinge en erve, staende ende gelegen onder dese geregte daar aan de ene sijde
de Heer Jan Jacob Ram, raad in de Vroedschap der stadt Utregt, en aan de andere sijde
Willem van Hensting, smit naast gehuijst en geerft sijn.
Verkoper: Goijert van Noordijk en Maria van der Lauw, egtelieden.
Koper: Pieter van Duuren en Beatrix van Es, egtelieden.
Schout: Willem van Vianen.
Schepenen: Cornelis de Jongh, Jacobus de Hit.
Folio: 32.
07.05.1750.
Zeekere 8 morgen, soo weij- als bouwland, gelegen onder deze ge- regte, daar noord- en
zuijdwaerts den Heere van De Haar, en westwaarts de Heycoppervliet naast gelegen sijn.
Verkoper: Cornelis en Christiaan Peek.
Koper: Gerrit Spruijt, wonende onder de geregte van Vleuten.
Schout: Willem van Vianen.
Schepenen: Jakobus de Hit, Cornelis de Jongh.
Folio: 33.
30.09.1754. (Koopcedulle 29.09.1753)
Zekere linea 300 roeden warmoesiersland en weiland, gelegen onder De Haar, daar ten oosten
Gijsbert van Veen, en ten westen de Heer van De Haar.
Verkoper: Willem Tukker, als in huwelijk hebbende Elisabeth Hovelingh, daar hij geboorte
in leven bij heeft.
Koper: De Heer Arnoldus Koolhaes.
Schout: Corstiaan de Jong.
Schepenen: Cornelis Sijmensz de Jong, Willem Spithoven.
Folio: 34.
18.05.1761.
Zeekere huijsinge en erve, staande op De Haar, strekkende voor van de Uijtweg, tot agter
aan het erf of hofje van den Heere van De Haar, daar aan de eene zijde den Thematerdijk,
en aan de andere zijde een gang of steeg naast gelegen zijn.
Verkoper: Cornelis de Jong, in qualite als armmeester van De Haar.
Koper: Court van Kuijk.
Schout: Corstiaan de Jong.
Schepenen: Willem Spithoven, Hendrik van Riet.
Folio: 35.
18.05.1761.
Omschrijving zie folio 35.
Verkoper: Court van Kuijk.
Koper: Harmen den Haan.
Schout: Corstiaan de Jong.
Schepenen: Willem Spithoven, Hendrik van Riet.
Folio: 36.
| tot html-pagina bewerkt door Herman de Wit, op 30 januari 2000 met toestemming van de samensteller online gebracht |
Deze pagina is een onderdeel van Geneaknowhow.net t.b.v. Digitale Bronbewerkingen Nederland en België