MATEN EN GEWICHTEN -- Achtergrondinfo-dagelijks leven

 

Voor de Franse tijd (België, Limburg en Zeeuws-Vlaanderen 1795, rest van Nederland 1811) kende iedere streek en daarbinnen vaak ook nog elke plaats, eigen maten en gewichten. Het is vooralsnog niet mogelijk om alle namen en de plaatselijke verschillen in omvang en gewicht hier op te nemen. Daarom wordt hier verwezen naar de volgende publicaties:

In de Franse tijd werd het metrieke stelsel ingevoerd. Overal golden nu dezelfde maten en gewichten, uit eenheden van 10 opgebouwd: 1 meter = 10 decimeter, 1 decimeter = 10 centimeter, etc.

waag.jpg (25853 bytes)

Het voormalige waaggebouw (1669) in Monnickendam
(Uit: C.H. Slechte en N. Herweijer (red.). Het Waagstuk. Wegen en waaggebouwen in Nederland,  Amsterdam 1990)

 

In 1820 werden in het Nederlandse taalgebied de Franse benamingen vervangen door ‘Dietse’. Het metrieke stelsel bleef echter gehandhaafd. Oude regionale benamingen, zoals ‘el’, ‘bunder’, ‘roede’, ‘mud’, ‘vat’ e.d. waren nu ineens metrieke maten. Een el was in de 18e eeuw ongeveer 70 centimeter, na 1820 was het echter een meter. Zeker waar mensen gedurende de Franse tijd waren blijven rekenen met de oude maten, zal dit nogal eens tot verwarring geleid hebben.

Hieronder volgt een overzicht van de Nederlandse maten die in Nederland tot 1870 gehanteerd zijn en in België tenminste tot 1830, met daarachter de metrieke maat (ontleend aan J.M. Verhoef).

maat metrieke maat
pond 1 kilogram
ons 100 gram
lood 10 gram
wichtje 1 gram
korrel 0.1 gram


mijl 1 kilometer
roede 10 meter
el 1 meter
palm 1 decimeter
duim 1 centimeter
streep 1 millimeter


bunder 1 hektare
roede ( 2 ) 1 are
el ( 2 ) 1 centiare


mud 100 liter (droge waar)
vat 100 liter (natte waar)
schepel 10 liter (droge waar)
kop 1 liter (droge waar)
kan 1 liter (natte waar)
maatje 1 deciliter
vingerhoud 1 centiliter
wisse 1 m2